Het seizoen 2011/12 was een verschrikkelijk jaar met een fantastisch einde. Hooligan Wesley, Johan Cruijff en de overwinning in Manchester waren kernpunten. Midden in de Fluwelen Revolutie, waar de directeuren vechtend door de ArenA gingen, moest Frank de Boer zijn selectie naar het landskampioen loodsen. Met nieuwe krachten als Theo Janssen, Kolbeinn Sigþórsson en Derk Boerrigter moest hij het doen, was het niet dat dit seizoen ook gekenmerkt werd door de vele blessures. Frank moest gedwongen beroep doen op jeugdspelers en tweede keuzes. De verdachte uitschakeling in de UEFA Champions League was een enorme domper. Op een gegeven moment stond de ploeg van De Boer dertien punten achter op de koploper van de Eredivisie. Begin 2012 werd het rustiger rond de bestuurscrisis en het team van de Boer begon ook weer te lopen, waardoor titel prolongatie toch nog een feit werd.
Voordat het seizoen begon contracteerde Ajax al een aantal spelers. Theo Janssen kwam tot verbazing van vele over van FC Twente, waarvan Ajax het seizoen daarvoor in de finale het landskampioenschap won. Derk Boerrigter kwam over van RKC Waalwijk en Thulani Serero van het broertje Ajax Cape Town. Ook werden jeugdspelers Viktor Fischer en Mats Rits gecontracteerd.
Ajax begon met de voorbereiding op het nieuwe seizoen op dinsdag 28 juni. Jong Ajax-spelers Mats Rits, Rodney Sneijder, Geoffrey Castillion, Dico Koppers, Ricardo van Rhijn en Jody Lukoki zullen de eerste twee weken van de voorbereiding ook met de eerste selectie trainen. Clayton Daniels, verdediger van Ajax Cape Town, zal zijn tweede stage bij Ajax afwerken tijdens de voorbereiding. Ajax speelde op 2 juli zijn eerste oefenwedstrijd tegen vv Buitenpost en won deze met 0-4.
Het trainingskamp ging verder in De Lutte, waar ze op maandag 4 juli aankwamen. Thulani Serero, Toby Alderweireld, Jan Vertonghen en Eyong Enoh sloten ook aan bij de groep. Ook werd bekend dat Kolbeinn Sigþórsson bij Ajax kwam spelen. Op 6 juli werd er een oefenwedstrijd tegen AZSV gespeeld. Frank de Boer beloofde het team dat als ze meer dan 10 keer zouden scoren ze een stapavondje mochten houden. Het team wist met 0-11 te winnen, waardoor er in de avond uitgegaan werd.
Na één dag rust vertrok de ploeg naar Duitsland, waar het oefenwedstrijden speelde tegen SSV Jahn Regensburg en FC Nürnberg. Tegen Regensburg speelde de ploeg doelpuntloos gelijk, waarna er met 2-0 werd verloren van FC Nürnberg.
19 juli vertrok Ajax naar Denemarken, waar het de dag erna tegen Brøndby IF speelde. Voor het eerste stelde Frank de Boer zijn basiselftal op. Ajax won daardoor ook overtuigend, en met goed voetbal, met 3-0 van Brøndby IF. Kolbeinn Sigthórsson en Thulani Serero maakten hun eerste officieuze doelpunten voor Ajax (de derde kwam van Lorenzo Ebecilio).
In de voorbereiding van het Seizoen 2011/12 kwam het idee om twee historische wedstrijden te spelen in het Olympisch Stadion. Het moesten vriendschappelijke wedstrijden worden tegen CA Independiente en Grêmio. [1] Doordat het bij de huldiging van het kampioenschap 2010/11 niet goed gegaan was, vond de gemeente Amsterdam het geen goed idee om deze wedstrijden midden in de stad te organiseren. De wedstrijd tegen Grêmio werd afgelast, en de wedstrijd tegen Idependiente werd in de Amsterdam ArenA gespeeld. [2][3] Ajax won door doelpunten van Christian Eriksen, Aras Özbiliz (een hattrick binnen 7 minuten!) en Lorenzo Ebecilio met 5-1 van de Argentijnen.
De laatste oefenwedstrijd was tegen Almere City FC. Frank de Boer besloot om de basisspelers rust te gunnen die in actie waren gekomen in de Johan Cruijff Schaal 2011. Frank de Boer selecteerde daarom spelers uit de A1 en van Jong Ajax. Ook een aantal eerste elftal spelers gingen mee naar Almere, zoals Vurnon Anita, die voor het enige doelpunt tekende.
Winterstop[]
Tijdens de winterstop speelde Ajax eerst een vriendschappelijke wedstrijd tegen Almere City FC, die met 1-0 werd gewonnen door een doelpunt van Dmitry Bulykin, voordat ze naar Brazilië vertrokken. Ajax verbleef daar twee weken en speelde een vriendschappelijke wedstrijd op 14 januari 2012 tegen SE Palmeiras. De trainer van SE Palmeiras was toen Luiz Felipe Scolari, die in 1995 de trainer was van het Grêmio dat het opnam tegen Ajax in de Toyota Cup uit 1995. Frank de Boer (hoofdtrainer) en Danny Blind (Technisch Directeur ad interim), die tevens toen de winnende penalty maakte, speelde beide in het team van Ajax uit 1995 en kwamen dus voor de tweede keer tegenover de coach Luiz Felipe Scolari te staan. [4] De wedstrijd werd echter in de allerlaatste minuten, in blessuretijd, verloren.
Doordat Ajax in het Seizoen 2010/11Landskampioen was geworden, speelde het in de voorbereiding van het nieuwe seizoen om de Johan Cruijff Schaal tegen BekerwinnaarFC Twente. De Johan Cruijff Schaal 2011 werd gespeeld op 30 juli 2011. Scheidsrechter bij deze wedstrijd was Pol van Boekel.
Theo Janssen, die in de zomer over was gekomen van FC Twente, speelde zijn eerste officiële wedstrijd voor Ajax, en dat tegen zijn oude club. De Tukkers kwamen in de 21e minuut op voorsprong doordat spits Janko een penalty benutte, die Theo Janssen veroorzaakte. Door een prachtig afstandsschot van Toby Alderweireld in de tweede helft kwam Ajax weer gelijk. Doordat FC Twente speler Steven Berghuis een rode kaart kreeg, leek Ajax de wedstrijd naar zich toe te trekken. De kansen die Ajax kreeg werden echter niet benut, waardoor Bryan Ruiz door individuele klassen FC Twente naar 1-2 kon schieten in de 68e minuut. Ajax verloor onterecht voor de tweede keer op rij de Johan Cruijff Schaal van FC Twente.